Bij het eerste concert van de serie Beethoven Revisited heeft Mokum Symphony drie werken op het programma die op een bijzondere manier bij elkaar passen. Mokums eerste noten zijn die van de Ouverture Coriolan, gecomponeerd voor Heinrich Joseph von Collins tragedie uit 1804 over de oude Romeinse leider Gaius Marcius Coriolanus. Dan het geliefde 4e piano concert waarvan de opening ons blijft verassen; een klein statement van de piano, waarbij op lyrische wijze de lenteachtige toonsoort van G majeur wordt geïntroduceerd. In het eerste deel put Beethoven in ruimste zin uit zijn tijdloze fantasie, in het tweede deel heerst hemelse rust en het derde deel worden virtuoze stormachtige passages op geniale wijze gekoppeld aan weemoedige bezonkenheid. De achtste symfonie weet zich omgeven door de giganten van nummers 7 en 9. De algemene toon is opgewekt en voortvarend. Voor de snelle delen is een tomeloze energie nodig om het juiste karakter te treffen. Om de spontaniteit die van de symfonie afspat te verwezenlijken is vrijheid nodig. De speelstijl van de periode 1900-1940 heeft een ongekende vrijheid gekend, een vrijheid die opnieuw kan worden ingezet! Dat is immers het het kenmerk van vrijheid? Vrijheid van muzikale meningsuiting! Om de muziek levend en communicatief te maken. Het bestaansrecht van Mokum Symphony is daar gelegen! In dit programma zal die vrijheid als een vlag boven het musiceren wapperen.